Onschuldige klusser of toch de verdachte: van wie vind je sporen terug op duct tape gebruikt bij misdrijven?

Een rol duct tape: onmisbaar in elk huishouden, maar ook veel gebruikt in het criminele circuit. Om pakketjes drugs of een explosief mee dicht te plakken. Of om slachtoffers mee vast te tapen. Tape duikt zo’n 150 keer per jaar op in onderzoeken die het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) doet. Maar wat zegt het nu als je sporen van een verdachte aantreft op een rol tape? Heeft de verdachte de rol alleen gebruikt om te klussen, zoals hij zelf beweert? Of heeft hij wel dat slachtoffer vastgebonden tijdens een gewelddadige roofoverval? "Met ons tapeonderzoek willen we meer inzichten krijgen in wat de plek van de sporen over de handelingen kunnen vertellen”, zegt Linda Koomen, deskundige Vingersporen en projectleider van het multidisciplinaire project tapeonderzoek.

Tape is forensisch gezien ontzettend waardevol. “Bijvoorbeeld omdat het zo kleverig is, kan het veel sporen bevatten. Denk aan vingersporen en DNA. Maar ook als een dader handschoenen draagt, kunnen er kleine sporen, we noemen die microsporen, of vezels van kleding op de tape achterblijven”, vertelt Yvonne van de Wal, DNA-deskundige bij het NFI en verbonden aan het tapeproject. Niet alleen op de tape kunnen sporen zitten, ook de kartonnen ring aan de binnenkant van de rol kan sporen bevatten.

Vergroot afbeelding grote pop met tape op gezicht en handen
Een pop is vastgebonden met tape

En die sporen leiden soms naar verdachten. “Voorbeeld: een vrouw wordt thuis overvallen. De twee daders tapen haar vast. De tape komt naar het NFI voor onderzoek en wij gaan kijken wat voor sporen we vinden”, schetst vingersporendeskundige Koomen een scenario. Dat is het onderzoek naar bronniveau: van wie treffen de onderzoekers sporen aan op de tape. “Van het slachtoffer en mogelijk ook van een aantal onbekende personen, de mogelijke verdachten. Maar wat als die verdachten nu een goede verklaring hebben voor hun sporen op die rol?”, zegt Koomen.

VIDEO | Welke sporen vind je terug op tape als een slachtoffer is vastgebonden?

‘Dit is niet mijn DNA’

Jaren geleden werd het aantreffen van vingersporen of DNA nog weleens ontkend door verdachten. “Dan zeiden ze: dit is niet mijn DNA. Ik heb die rol niet vastgehouden”, zegt Koomen. Tegenwoordig gaat de discussie niet meer over van wie het DNA of vingerspoor is, maar hoe en wanneer het daar is terechtgekomen. Koomen: “Ze stellen dan: die rol tape is inderdaad van mij, die heb ik een paar weken eerder gebruikt om klusjes mee te doen en dáárom zit mijn DNA erop.”

Maar is het mogelijk dat je nog sporen vindt van een klusser die een aantal weken voor die overval met de rol tape in de weer is geweest? “Om antwoord te krijgen op die vraag, voeren we bij het NFI op dit moment experimenten uit om daar antwoord op te kunnen geven”, vertelt Van de Wal. Een aantal NFI’ers krijgt twee rollen tape mee naar huis en doen daar thuis allerlei klusjes mee. Van dozen dicht tapen, tot buizen aan elkaar vastplakken. “Met blote handen, want thuis draag je bij het doen van onschuldige klusjes natuurlijk ook geen handschoenen”, zegt Koomen. 

Vergroot afbeelding handen van een pop omwikkeld met tape
Handen van de pop zijn vastgebonden met tape.

De rollen gaan vervolgens in een zak en blijven een aantal weken onaangeroerd liggen. “Daarna geven we de rollen van collega A aan collega B, en andersom. En die gaat er volgens een slachtoffer mee intapen. In dit geval een pop, die helemaal DNA-vrij is gemaakt ”, legt Van de Wal uit. Het vasttapen van de pop gebeurt twee keer: met handschoenen én zonder handschoenen. “Want we treffen natuurlijk ook vaak tape aan dat alleen door daders met handschoenen is gebruikt.”

Op dit moment worden de rollen en stukken tape geanalyseerd. Enerzijds om te kijken of er sporen aanwezig zijn van de persoon die alleen onschuldige klusjes in huis deed. “We hopen daar met deze experimenten een duidelijk beeld over te krijgen, zodat we iets kunnen zeggen over hoe groot de kans is dat je nog sporen terugvindt van die eerste ‘onschuldige’ gebruiker”, zegt DNA-deskundige Van de Wal. “Maar het is ook mogelijk dat je die eerste gebruiker helemaal niet terugvindt. Dat is nu afwachten”, vult Koomen aan.

Anderzijds kijkt het projectteam ook meer algemeen naar de sporen op de tape: vinden ze überhaupt sporen, welke sporen zijn dit én waar vinden ze die sporen op de tape? “We hebben gefilmd hoe onze collega’s de pop intapeten en weten hierdoor dus waar ze de losse stukken tape vasthielden, maar ook hoe ze de rol in hun handen hadden. Dat geeft ons mogelijk een indicatie van waar we de tape en de rol moeten bemonsteren”, legt Koomen uit. 

Kansrijk

Uit die analyse moet blijken of er overeenkomstige plekken op de tape en de rol zijn waar NFI-collega’s sporen achterlaten met het intapen van de pop. “Deze informatie is heel waardevol in het echte zaakonderzoek. Als er plekken zijn op de tape waarvan we straks weten dat ze heel kansrijk zijn om te bemonsteren, betekent dat dat we veel gerichter sporenonderzoek kunnen doen op de tape. Dat scheelt tijd én middelen”, zegt Koomen.

Alle inzichten verwerkt het projectteam in een vernieuwd tapeprotocol. “Dat protocol was er natuurlijk al, maar we blijven dat constant verbeteren”, zegt Van de Wal. “Er is nu al meer multidisciplinaire samenwerking sinds de start van het project. Waar voorheen onderzoekers van vingersporen en DNA vaak apart van elkaar het tape bekeken, doen ze dat nu vrijwel altijd tegelijkertijd. De onderzoekers bespreken met elkaar welk deel van het tape ze zouden willen onderzoeken, om zo te voorkomen dat het onderzoek van de een onbewust negatieve effecten heeft op het onderzoek van de ander”, zegt vingerspoordeskundige Koomen. Samen kijken, heeft ook als voordeel dat het bewijsstuk, de tape, maar één keer hoeft worden opengemaakt voor onderzoek. “Dat maakt het schade aan de sporen een stuk kleiner. Want naarmate je een bewijsstuk meer uit- en weer inpakt, loop je een risico op vernietigen van de sporen”, legt ze uit. 

Vergroot afbeelding Medewerkers van het NFI knippen de tape los.
De losgeknipte tape wordt later onderzocht.

Meerdere NFI’ers zijn nu bezig om alle stukken tape te onderzoeken. Geen gemakkelijke klus, want de NFI-collega’s hebben hard hun best gedaan om de pop zo waarheidsgetrouw mogelijk vast te maken. “Er is veel tape die voorzichtig uit elkaar gehaald moet worden. Een lastige taak, omdat tape natuurlijk erg plakkerig is”, vertelt Koomen. De planning is dat de resultaten en conclusies van dat onderzoek voor de zomer van 2023 beschikbaar zijn.