Micro-analyse invasieve trauma's

Microanalyse van invasieve trauma’s richt zich op steek- en slagverwondingen bij slachtoffers van dodelijk geweld. Wat is de oorzaak van het letsel? En hoe en waardoor is het ontstaan? Het team microanalyse invasieve trauma’s (MIT) van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) onderzoekt dit in multidisciplinair verband met een forensisch patholoog en antropoloog, een deskundige kras- indruk- en vormsporen, en een deskundige microsporen.

Een voorbeeld: val van de trap?

De politie krijgt een melding van huiselijk geweld. Bij aankomst in de woning treft de politie een vrouw aan die bewusteloos onderaan de trap ligt. De man verklaart dat de vrouw onwel werd waarna zij van de trap viel. Bij de huiszoeking vindt de politie een mes dat naar het NFI gaat voor onderzoek. In het ziekenhuis overlijdt de vrouw aan haar verwondingen.

Bij de gerechtelijke sectie treft de patholoog van het NFI beschadigingen aan op de schedel en neemt een stukje van de schedel uit voor onderzoek. De antropoloog maakt een röntgenfoto en ziet een klein zwart vlekje dat het puntje van een mes blijkt te zijn. Vervolgens weekt hij het weefsel van het bot af en droogt hij de schone botdelen. Hij beschrijft de overige beschadigingen die hij aantreft waarna de botdelen naar de deskundige voor microsporenonderzoek gaan.

Wat is de oorzaak van het letsel? En hoe en waardoor is het ontstaan?

Welke vragen krijgt het MIT-team?

  • Is er een verband tussen de aangetroffen letsels door geweld en de aangetroffen doodsoorzaak? (pathologie)
  • Welke beschadigingen zitten er op de botten en hoe kunnen deze ontstaan zijn? (antropologie)
  • Kunnen de beschadigingen zijn veroorzaakt door het mes? (kras-, indruk- en vormsporen)
  • Hebben de gebroken delen oorspronkelijk één geheel gevormd? In het voorbeeld: hoort het stukje mes dat is gevonden in het slachtoffer bij het mes van de verdachte? (kras-, indruk- en vormsporen)
  • Zijn er microsporen aanwezig? (microsporen)
  • Zo ja, kunnen die afkomstig zijn van het mes? (microsporen)

Welke methoden gebruiken de onderzoekers?

  • Uitwendige en inwendige lijkschouw (pathologie)
  • Microscopische coupes, bijvoorbeeld van de wortel van een tand, die een soort ‘jaarringen’ bevat die vrij nauwkeurig de leeftijd aangeven (antropologie)
  • Een vergelijkingsmicroscoop om de afgevormde sporen en proefsporen te vergelijken en een Infinite Focus Microscoop om driedimensionale beelden te kunnen vergelijken en oppervlaktestructuren te bepalen (kras-, indruk- en vormsporen)
  • Microscopisch vooronderzoek van het uitgenomen letsel (microsporen)
  • Scanning elektronenmicroscopie (SEM) in combinatie met röntgenspectroscopie (microsporen)

Wat zijn mogelijke uitkomsten van het onderzoek?

De onderzoekers stellen vast dat de vrouw niet op natuurlijk wijze om het leven is gekomen en dat de beschadigingen op haar botten niet passen bij de verklaring van de verdachte dat de vrouw onwel werd en van de trap viel. Ook geven de onderzoekers een beschrijving van het voorwerp dat mogelijk de verwondingen heeft veroorzaakt en van de aangetroffen microsporen.