Participatie NFI in SHUTTLE

Het NFI participeert in SHUTTLE, een groot Europees project, dat zich richt op het automatiseren van de eerste scan van sporen die op een plaats delict (PD), bij een verdachte of op een laboratorium zijn gevonden. Drie bedrijven werken nu aan de ontwikkeling van een innovatief apparaat dat een overzicht kan geven van alle gevonden sporen, zoals bloed, glas of vezels.

In de huidige situatie moet altijd iemand naar de veiliggestelde sporen van bijvoorbeeld kleding,  een auto of een lichaam kijken om in te schatten of die relevant zijn voor een zaak. Dat is een bewerkelijke klus die veel tijd kost. Op een PD kunnen namelijk duizenden sporen aanwezig zijn, waarvan er misschien maar tien relevant zijn voor een zaak. Dat is de reden dat het Europese samenwerkingsverband die eerste scan graag geautomatiseerd ziet.

Mooie eerste indruk

Vanuit het NFI zijn Jaap van der Weerd en Linda Alewijnse, deskundigen microsporen en materialen, bij dit project betrokken. Ze werken samen met negen andere Europese labs. “Stel op een PD zijn veel interessante sporen veiliggesteld, waarvan we nog niet weten wat het is en welke sporen nuttig zijn. In zo’n geval kan de nieuwe methode ons goed helpen door een overzicht van alle aangetroffen sporen te geven. Bijvoorbeeld om hoeveel bloedsporen het gaat, hoeveel stukjes glas, vezels en zelfs welke soort vezels het zijn. Zo kun je een mooie eerste indruk krijgen van alle sporen die we hebben en kun je eenvoudig bepalen welke relevant zijn voor het vervolgonderzoek”, schetst Van der Weerd de ideale situatie.

Omvangrijk project

Binnen het NFI wordt al lang gewerkt aan de automatisering van het zoeken naar sporen. Tien jaar geleden is Van der Weerd al gestart met het maken van een eerste prototype. Een microscoop met een camera die heel nauwkeurig sporen vast kan leggen.  Maar bij de ontwikkeling daarvan, dijde het project steeds verder uit. “Je hebt niet alleen een microscoop nodig, maar eigenlijk ook software om de opgenomen plaatjes te evalueren en een database om de resultaten op te slaan. Uiteindelijk werd het project zo omvangrijk dat het onmogelijk werd om zelf alles geschikt te maken voor productie.”

Op dat moment nam een Franse collega contact op. Ook hij had de behoefte om de eerste scan van aangetroffen sporen in een strafzaak te automatiseren. Kort daarna was het Europese project SHUTTLE een feit, met de Fransman als projectleider. “Door de kennis die ik de afgelopen jaren al had opgedaan, kon ik het project goed op weg helpen”, aldus Van der Weerd.

Drie verschillende aanbieders

SHUTTLE is door de EU gehonoreerd als een ‘Pre-commmercial procurement project’. Dat houdt in dat de labs de techniek niet zelf ontwikkelen, maar die kunnen inkopen bij bedrijven. De labs staken van tevoren de koppen bij elkaar om te bepalen wat ze precies willen en hoe het apparaat zou moeten functioneren. Toen dat helder was, werd dit project als een aanbesteding op de markt gebracht. Daarop meldden verschillende aanbieders  zich aan om de gewenste technologie te ontwikkelen.

Onlangs is de ontwikkeling van de SHUTTLE uitbesteed; op dit moment zijn drie externe partijen aan het werk. De bedrijven werken eerst aan een ontwerp, in een volgende fase gaan ze over tot het daadwerkelijke bouwen van de techniek. Uiteindelijk blijven twee aanbieders over die elk  een handvol apparaten zullen leveren aan de negen verschillende labs. Vervolgens zullen de labs die uitgebreid testen, evalueren en valideren.

Tijdswinst

Het grootste voordeel van de automatisering is dat het tijdswinst oplevert en capaciteit bespaart. Van der Weerd verwacht nog een ander bijkomstig voordeel. “Ik hoop dat deze techniek  een impuls zal geven aan de multidisciplinaire samenwerking binnen het NFI. Als de nieuwe standaardtechniek beschikbaar is, zullen de onderzoekers op het lab eerst kijken welke sporen gevonden zijn. Daarna bepalen ze met elkaar welke onderzoeken die sporen vereisen. Als het apparaat een bloedspoor detecteert, dan is DNA onderzoek nodig. Vinden we bijzondere vezels of glas, dan kunnen we daar vervolgonderzoek naar doen.”

Fors budget

Van der Weerd is tevreden met de progressie in zijn jarenlang gekoesterde ambitie: “Dit idee begon als een nogal vaag project waar we mogelijk studenten op wilden zetten. Nu is het uitgemond  in een groot Europees project met een fors budget dat een belangrijke innovatie voor de forensische wereld zal voortbrengen.”

Project SHUTTLE duurt in totaal vier jaar en heeft een budget van tien miljoen euro. Inmiddels zit de helft van de tijd erop. Nu de fabrikanten concreet aan het werk zijn, is de verwachting dat over twee jaar een geschikte techniek op de markt is waar de Europese labs gebruik van kunnen maken.